dinsdag 5 juli 2022

Naar Kostolac op kilometer 1095

Ondanks de rommelige lawaaierige nacht vertrokken we vroeg. Het was al 27 graden binnen, dus een vaarwindje was welkom. Het duurde even voor we de stad uit waren, maar het voer lekker. Af en toe een vrachtschip, verder bleef het verbazingwekkend rustig.

Weer zagen we weer de contrasten tussen mooie huizen en vreselijke troep.

De Donau was niet meer op de foto te krijgen, zo breed istie! Met regelmaat ruim een kilometer breed, en toch is er nog een lekkere stroming.


Er was wat meer recreatie, waarschijnlijk doordat het nu vakantie is voor veel Serven. Maar in het supergrote zwemcomplex dat we zomaar aan stuurboord zagen, met wel 6 hele hoge glijbanen met allerlei bochten en wel 200 ligstoelen met parasolletjes zagen we niet veel  mensen. Maar we hoorden wel keiharde muziek!

Bij Smederevo voeren we langs een enorme vesting, die in de 15 de eeuw gebouwd werd om de aanvallen van de Osmanen te weren. Ik vind het maar moeilijk te geloven dat dat de reden is voor de bouw. Zo’n vesting staat er niet binnen een jaar, dus de Osmanen hebben toch alle tijd van de wereld gehad om hier huis te houden?

In de Tweede Wereldoorlog is het binnenste gedeelte kompleet verwoest, en nu weer gerestaureerd. Met EU-geld, zeggen we dan. Na Apatin zeggen we dat vaak, dat iets met EU-geld is gebouwd of hersteld. Of het waar is of niet, dat weten we niet, het klinkt wat oneerbiedig misschien, maar we zien soms grote mooie steigers zonder dat er voorzieningen aan de wal zijn, of een boulevard die nergens op slaat.

En dan ligt er zomaar een gezonken duwbak. Kwestie van doorgeroest? Of van een bevroren afsluiter? De oud-ijzer prijs zal hier wel niet zo hoog zijn, want er ligt meer oud ijzer in de Donau.

Aan het begin van de middag gingen we voor anker, ver achter het eiland Stojkova Ada, op kilometer 1095. We beeldbelden met Oerpake en Oerbeppe, dat was een idee van Maaike die er met Welmoed op bezoek was. Welmoed gaf heel veel handkusjes. LEUK!

Daarna gingen we even in de Donau dippen en chillen. Tot half vier, toen hoorden we onweer. Niet zo gek natuurlijk, na zulke warme dagen.  Ons Plan B (we hebben altijd een vluchtplan) was om het kanaal Kostolac in te varen. Dat deden we, want we wisten niet of het onweer door zou zetten en hoe erg het dan zou worden. We lagen op groot water, ruim 5 kilometer bij ruim 1 kilometer, de app Windy liet allerlei vlekken zien, dus we namen geen risico.

Het was spannend varen, toch wel, want het kanaal zag er niet breed en niet diep uit. Veel kleine bootjes, waterplanten aan de kant, maar de diepte was even aan ’t begin slechts 2 meter en daarna wordt het steeds dieper. Daar hadden we op gerekend, want er staat 2 kilometer verderop een electriciteitscentrale waar vrachtschepen naar toe zouden moeten.

Op Google hadden we gezien dat er een grote nieuwe industriekade gebouwd was. (Ja ja, EU-Geld? Hihi). Daar vlakbij sloegen we rechtsaf en we ankerden in ’t midden van het vaarwater. Verderop lag namelijk een enorme boom in het water, en we wisten niet aan welke kant we ‘m konden passeren. We liggen nu met 3 meter water onder de kiel, dus dat is prima.

We beeldbelden ook nog gezellig met Marit en Hidde. Marit was blij met haar kaartje, en Hidde bleef maar kusjes geven. Oh, zó leuk!

Het onweer bleef rommelig, met af en toe flinke flitsen en donders.  Het ging wat regenen, maar ook dat zette niet echt door. Echt de hele avond, vanaf half vier tot we in slaap zijn gevallen is er onweer en regen.  Het gaat en komt terug, zo lijkt het. Nou ja, we liggen prima!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten