We zijn pas tegen 10:00 uur vertrokken, want we hoeven vandaag niet zo ver. Slechts 30 kilometer, tot Beograd, zoals Belgrado hier heet. Aan stuurboordskant zagen we een mooie kust: steil! Zand, loodrecht omhoog. Huizen die op het randje stonden, volgens ons hartstikke gevaarlijk. Twee keer stampen op het terras en daar ga je, zo de Donau in.
Veel mensen hebben bootjes, die soms erg oud lijken, maar ze hebben dan wel een flinke aanhangmotor. De hoge wal is soms ingestort.
En aan bakboordskant is het wat saai, daar zien we geen hoge wal maar vooral steeds dezelfde type bomen.
En hoe dichter we bij Beograd kwamen, des te meer troep we zagen. Het begon met een aantal oude schepen, grote bulten roest zeg maar. Die lagen er al een paar jaar. Daarna kwamen huizen, met vuilnisbelten er tussen. Zó jammer! Of de bewoners van soms echt mooie huizen zelf die troep weggooiden, of dat ze buren hebben die er een zootje van maken, dat kunnen we niet zien natuurlijk, maar vanaf het water is het een apart gezicht.
Opeens heel veel autobanden tussen het puin op de wal. We hopen maar dat ze goed vast zitten, want wanneer het hoog water wordt moet het niet de Donau in natuurlijk. Er drijven al genoeg boomstammen!
Veel oude flats, en veel flats in aanbouw. Maar de bouw lijkt gestopt. En tussendoor zomaar een leuk strandje. Dan denken we “het komt goed, het heeft slechts een paar jaren nodig”. Maar dan zien we weer een recente vuilstort, met matrassen en koelkasten.
Nou, ja, we namen de afslag de Sava op, en daar stond Đorde al te zwaaien. Hij is de eigenaar van familiebedrijf Restoran Vodenica. Hij hielp ons aanleggen aan een klein ponton, waarvan we eerst dachten “oh, moet dat nou?”, maar later bleek dat er soms zulke golven gemaakt worden door speedboten, dat het ook niet lukt om hier een mooi ponton mooi te laten blijven.
Đorde is een super aardige man. Hij nodigde ons direct uit op zijn terras, in de schaduw en bij een ventilator. Wekletsten een eind weg, en hij vertelde dat het zelfs voor Serven te heet was om leuke dingen te doen. Gelukkig, het lag niet aan ons. Of wij de stad nog in wilden, of boodschappen doen? Nou, de stad in leek ons geen goed plan meer. We wilden het eerst nog wel, maar als de Serven het al te warm vinden, wie zijn wij dan? Đorde was resoluut: niet doen!
Boodschappen? Ja, we wilden nog wat fruit en groenten, of hij een supermarkt in de buurt wist? Ja, en sterker nog: hij moest in de loop van de middag inkopen doen, dus wij konden wel even meerijden. Nou, super lief!
In 2013 is de Donau hier 7 meter hoger geweest. Ongelofelijk toch? Zeven meter! We zagen op de muur van de vesting een soort aandenken hieraan.
Zo gezegd, zo gedaan, we reden langs de grote vesting Kalmegdam naar een mooie supermarkt. En binnen een uurtje waren we weer terug. Luxe hoor!
En ’s avonds was het weer een feestje: we hebben heerlijk gegeten. Een lekker stuk vlees, prima frietjes en een salade: nou die staat echt in de top 3 van Lekkere Salades! En ondertussen keken we onze ogen uit: naar de zwaluwtjes die aan de buitenkant van het grote ponton nestjes hadden. En naar de gasten: gelukkig kunnen we niets verstaan dus het stoorde ons niet zo dat er luid gepraat werd. In het restaurant was een grote groep geweest, en daarna druppelde het steeds maar aan. Echt, tot een uur of negen kwamen gasten binnen. Okee, het werd toen ook lekker natuurlijk qua temperatuur. Er kwamen gasten met een grote Zodiac, maar de meesten kwamen vanaf de wal.
En hoe leuk het er ook zat, en hoe lekker het ook was, toch verbaasden wij ons over het feit dat wij Nederlanders schone dingen belangrijk vinden. Want onkruid op ’t randje van het ponton, dat kan bij ons niet. Of een deels verrotte plank. Of spinnenwebben. Maar we wennen er al aan, dat gaat verbazend snel.
Soms, als er een snelle speedboot langs kwam, schommelde alles wat schommelen kon. Het basisgedeelte van het restaurant lag steady, maar alle uitbouwen bewogen niet synchroon. Wij ook niet, wij gingen ook tekeer.
We lagen nog niet lang in bed of de muziek ging aan. Keihard! Nee, niet in het restaurant, maar in een Nightclub een paar honderd meter de Sava op. Đorde had het wel genoemd, maar we hadden niet begrepen dat ook op maandag zoveel herrie zou zijn. We hoorden 3 muziekjes door elkaar. Het was niet leuk, maar tussendoor konden we nog wat slapen ook. En klokslag vier uur stopte het. Gelukkig maar. Je zou hier vlak bij wonen zeg!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten