Vannacht heeft het nogal geregend, en vandaag, tijdens het varen, kregen we ook wat buien over ons heen. Toevallig wanneer we in de sluizen waren, dat was niet zo lekker. Maar ach, het is wat het is.
Op AIS zagen we op al snel de Nederlandse Espero aankomen. We zouden ongeveer gelijktijdig in de buurt van twee bruggen van 30 en 20 meter breed door varen, en de Espero was volgens de gegevens 12 meter breed. We hebben dus maar even gewacht. Dat was nog leuk ook, want het schip paste maar nauwelijks onder die bruggen (van 5,3 meter hoog) door. Je moet hier als schipper dus goed weten hoe het met de waterstand zit!
Dit gebied lijkt wel het sloop-gebied van Frankrijk. We hebben veel sloperijen gezien, de één wat netter dan de ander. Bij deze lag er een boel ijzer op een richel bij het water, waarschijnlijk ligt er dus ook een boel in het water. We bleven op veilige afstand van de wal, want je weet maar nooit.
De vier sluizen van vandaag waren groot. En qua afmeting gelijk: 144,6 bij 12 meter. Het verval verschilde wel, en het grappige is weer dat dat op de centimeter nauwkeurig aangegeven wordt. Of iemand heeft het zo bedacht, dat kan natuurlijk ook. Want waarom zou je aangeven dat we 3,96 meter gaan zakken, en 3,03, en 2,94 en weer 3,03? Waarom niet gewoon lekker afronden op hele meters?
De eerste sluis had een glijstang, dan hoef je niets te doen. De anderen hadden niet eens drijvende bolders, maar het water ging zo geleidelijk weg dat we bijna stil in de sluis bleven liggen. Alle sluizen hadden we voor ons alleen, en Jean-Pierre zette het licht al heel vroeg voor ons op groen.
De l'Escaut Canalisée viel ons niet tegen. Okee, het is een kanaal, maar we hadden onderweg genoeg te zien. Lekker breed, en diep, dus het was makkelijk varen. Af en toe binnen vanwege de regen, en dan weer buiten in de zon.
We wilden bij de laatste sluis gaan liggen, maar daar konden we niet van de (wachtsteiger) af. Dus we voeren een kilometer of twaalf verder, naar Mortagne-du-Nord. We zagen een steiger naast een parkje, op de hoek tussen ons kanaal en het riviertje Scarpe. Maar meters van de wal af bleek het al niet zo diep meer te zijn, dus we gingen naar de kade aan de overkant. Er was een heel groot deel voor Commerce, en een klein deel voor Pleasance. Maar op het recreatie-gedeelte stond slechts één bolder. Lekker handig.
We schoven dus een stukje verder. Maar toen we vanmiddag de wal op wilden, tussen de buien door, kwam vrachtschip Penhoët aanvaren. Langzaam. Ik riep hem op en toen bleek wat wij vermoedden: hij wilde ook aan de kade. Maar er was niet genoeg plek dus wij moesten even terug opschuiven. We liggen nu aan die ene bolder, aan een verkeersbord en hebben een lijn aan een boom aan de overkant van het pad gelegd. Met uitzicht op het park waar we eerst wilden liggen.
We hadden bedacht om de fokken en het zeil op het voordek te leggen, boven en naast de verstaging, vlak voor de stuurhut. Om plaats te maken voor het campingbedje van Hidde. Er is nog genoeg zicht vanuit de stuurhut, en het ligt mooi stabiel. Maar Hidzer wilde het natuurlijk weer snel-snel, omdat er weer regen dreigde, en stootte zijn hoofd gemeen tegen de mast. Hij was wel 5 bij 3 centimeter gescalpeerd, ik moest er zelfs het stuk loszittend vel afknippen. Gelukkig hadden we nog een busje pleisterspray, dat kwam nu van pas!
We geloven dat het mooiste gedeelte van Mortagne aan de overkant is, daar in de buurt van het park, maar het miezerde ons te vaak om die kant op te lopen. Aan onze kant was de supermarkt (weer zo'n grote Carrefour), dat was weer handig, maar de buurt is niet zo luxe. Maar we liggen veilig in ons hoekje, dat voelt goed.
Morgen hebben we drie codes geel in dit gebied. Voor onweer, wind en regen+overstroming. Ach, het zal wel meevallen met wind midden op het land, en van overstromingen heb je op een boot niet zo gauw last natuurlijk.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten