vrijdag 10 juni 2022

Eh, weer een ligplek bij een fabriek

Waar kunnen we aanleggen?

Hoe zit het nou met de aanlegplekken? Ja, als je een speedboot-achtig iets bent, met een diepgang van veertig centimeter, dan zit je hartstikke goed. En als je een rivercruiser bent, dan mag je op de mooiste plekjes liggen.

Maar wij zijn beide niet en hebben dus een uitdaging.

Vannacht lag het prima trouwens. Dit plekje staat niet meer op de laatste plaats, want het was heerlijk rustig qua lawaai en qua golven. We hebben prima geslapen. De biologische klok maakte ons tegen kwart voor zes uur, en om zes uur vertrokken we. De zon scheen, het was een beetje dampig en windstil, en stiekem vinden we dit de mooiste tijd om op de motor te varen.

 

Met een beetje mazzel  namen we de eerste sluis lekker snel. Er kwam een vrachtschip uit, wij mochten er met een duwbak in, en aan de overkant lagen er al twee te wachten. En we kwamen al snel in een stukje gekanaliseerde Main twee anderen tegen. Wat een drukte, en dat voor half acht!

Achter de Hannelore, de duwbak, voer het eerst niet zo snel, omdat hij wat moeilijk manoeuvreerde in het kanaalstuk. Helemaal bij die tegenliggers, toen moesten we echt stationair liggen.

Maar ach, het was heerlijk weer en we voeren weer door een mooie omgeving. Het leken de Alde Feanen wel, zo mooi groen en bochtig. Tenminste, als je de wijngaarden wegdenkt.

Hee, Heinrich toch! Heinrich van sluis Wipfeld! Hij riep ons op: waar ben je nu? Nou, 3 kilometer voor jouw sluis. Okee, ik zet de lichten al op groen, je mag zo naar binnen. De lieverd! Vlotter kon het niet gaan natuurlijk.

En net als in Frankrijk is hier elke sluis door een andere aannemer gebouwd. We hebben sluizen gehad met bolders aan weerskanten van ladders, met bolders aan de bergkant van de ladders, met aan bakboord en stuurboord de ladders op dezelfde plek, maar ook verspringend, we hebben sluizen gehad die 300 meter lang mooi recht gebouwd waren, maar ook met een bochtje naar links of met een bochtje naar rechts. En de laatste bolders, op de wal, stonden soms links van de ladder en soms rechts van de ladder. Het was elke keer weer een verrassing.

De eerste vier tegenliggers van vandaag voorspelden veel drukte. Maar die kregen we niet. Het was heerlijk rustig, we waren bijna alleen op de wereld. Ik geloof dat we vandaag in totaal 8 schepen tegemoet kwamen, waarvan 5 van de rederij MSG. Ze zitten allemaal goed in de verf, en hebben voorop een blauw driehoekje dat op een hazelip lijkt.

Onze bimini is goud waard. Nu al. We hebben ‘m altijd op staan, maar het tussenstuk klappen we naar achteren. Tenzij het regent, dan zetten we ‘m vast aan het dak van de stuurhut, zodat dehele kuip zo goed als droog blijft.

We kwamen vandaag eerst door Ach-land. Het land van dorpen die eindigen op ach. We hadden geslapen vlak na sluis Dettelbach, en voeren langs Swarzach, Volkach, en zagen op de kaart nog namen als Sommerach en Hörblach.

En daarna voerne we door Feld-land, met Wipfeld, Hirschfeld, Grafenrheinfeld en Bergrheinfeld. Schweinfurt en Haβfurt vielen wat uit de toon.

Maar nergens vonden we een geschikte aanlegplek. Ik heb de sluismeester van Knetzgau via de marifoon gevraagd, en die verwees me naar het dorpje Eltmann. Maar ja, dat haventje had slechts plek voor boten tot 5 ton. En wij wegen 18 ton.....

We mochten wel bij de sluis om de bocht liggen, maar daar was het waarschijnlijk iets van 90 centimeter diep. H’m.

En we zagen veel meertjes aan weerszijden van de Main, maar oh zo ondiep..... Zó jammer!

De Rijkswaterstaat hier, WSV, was vanmiddag vroeg al niet bereikbaar. Het noodnummer wel, en die meneer wist niet hoe diep hun haven in Haβfurt was, en ook niet of we daar mochten liggen.

De havenmeester van Coburg vertelde dat er plek voor ons was. En hoe diep is het dan bij jullie, lieve Helmut? Oh, in de haven 4 meter, maar je moet even ploegen door een stukje van 1 meter diep. Huh, begrijp ik dat goed? Ja, dat begrijp je goed, en het lukt wel hoor, vorig jaar kwam er nog een zeiljacht met een diepgang van 1,9 meter door. Het lukt heus wel.

Nou, ik vond hem weer een Handige Helmut en had er geen vertrouwen in.

Maar we liggen wel! Op het eerste gezicht geen mooi plekje, maar hoe langer we er liggen, des te fijner vinden we het. Even voorbij sluis Knetzgau, op kilometer 362,6 bij een fabriek. Het is vrijdag, dus de fabriek is gesloten.  Op de wal liggen stapels boomstammen, dus we zullen morgen wel wat spinnen aan boord hebben. Maar vanmiddag (we lagen er pas om 17:30 uur) nog wel lekker de zon in de kuip, en de drie schepen die langsgekomen zijn deden ons nauwelijks bewegen. Het is bladstil. En het is heerlijk rustig. Super!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten