zaterdag 13 augustus 2022

Het kleine haventje Behram

Aan ’t eind van de avond zijn er nog twee trawlers bij gekomen, en eentje lag erg dicht bij ons, wij hadden niet meer weg gekund. Maar tegen drie uur vanochtend gingen er twee schepen weg, en tegen vijf uur vertrok de rest. Er bleef nog 1 schip liggen. De muezzin begon net met zijn oproep tot gebed toen het laatste schip vertrok.

Dat ging trouwens wel met motorgeronk, maar nauwelijks met geschreeuw of geroep. Heel apart.

De supermarkt had helaas nog geen vers brood, maar we zijn toch maar vertrokken. Tegen kwart voor acht. We wilden naar Behram toe, een haventje op ongeveer 25 kilometer afstand. Helaas waaide het bijna niet, dus we gingen op de motor met de grote fok erbij. De zon scheen lekker, en de baklava smaakte heerlijk bij de koffie.

We voeren tussen het Turkse vasteland en het Griekse eiland Lesbos door. De Turken noemen dit water Müsellim Geçiti en de Grieken noemen het Dhiavlos Lamna. Lesbos was trouwens niet zo goed te zien, het was wat grijzig. Dat hebben we al weken, dat de kust grijzig is. Zó jammer!

Ergens in de bergen zagen we weer een soort spookdorp. We hebben er al meer gezien, dorpjes met identieke huizen. Waarom ze zo gebouwd zijn weten we niet maar het ziet er niet gezellig uit. Deze keer stond er geen moskee bij, en we zagen ook geen grote Turkse vlag.

 

Een stuk of 8 kleine vissersbootjes hadden staande netten uitgezet. We konden er wel overheen varen, maar een paar boeitjes lagen op onze route dus die hebben we maar even ontweken.

Tegen elf uur voeren we de haven van Behram binnen. Dat was even voorzichtig, want er lagen veel rotsen onder water. Dat wisten we, ze stonden op de kaart en in ons Imray-boek, maar het was toch wel een beetje spannend. Want door het heldere water zie je van alles op de bodem, en het lijkt enorm ondiep!


We moesten van twee mannen met de kop naar de wal, en niet met ons eigen anker dus, maar met een mooringlijn van hun de boot vastmaken. Dat ging goed, ondanks dat de wind wat dwars lag. De aardige mannen hielpen door de mooringlijn aan te trekken zodat we hem makkelijk konden pakken. Eén van de mannen is eigenaar van het hotel waar we voor liggen, maar het wordt nu gerenoveerd. We hoefden niets te betalen aan hem. Aardig, erg aardig!


Behram is een klein dorpje, met meer hotels dan huizen. Er komen (vertelde de praatgrage hotelmeneer) alleen maar Turkse toeristen. Die komen voornamelijk voor Assos: de ruïnes van een oude stad, delen van Helleense en Byzantijnse bouwsels en de Dorische tempel van Athene uit 530 voor Christus. Aristoteles heeft er ook gewoond. Wij hadden er al veel over gelezen, en besloten vanmiddag dat we er niet naar toe zouden gaan.


We slenterden wat door het havendorpje, verbaasden ons over de vriendelijk-toeristische sfeer en de vele piertjes waarop je kunt zonnebaden en waar je met een zwemtrap het water in kunt. En druk vanmiddag! Daar wel, bij ons in de haven was het minder druk maar wel gezellig.

We waren de enige passant, dat is en blijft toch wel bijzonder. De wind blijft uit het westen komen, de deining rolt de haven binnen, maar we liggen prima.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten