De beloofde wind kwam. Gelukkig maar, dan liggen we niet voor niets in een haven. Tegen 7 uur vanochtend begon het te fluiten en klotsten de golven wat . Wij werden er wakker van, en dat was op zich niet erg, maar toen begonnen de muggenbulten ook weer te jeuken. Wat een ellende!
De havenmeester begon zijn dag met een borstel: hij ging bij de bankjes en de benzine-dieselpomp langs om de spinnenwebben en muggenlijkjes te verwijderen. Wij begonnen onze dag, na een ontbijtje, met de fietsen naar de wal brengen. Het is even een sjouwtje, de vouwfietsen langs de wandstagen via de achterkant van de boot op de wal tillen, maar gelukkig zijn ze niet echt zwaar. Hidzer is erg handig met dit sjouwen, hij danst bijna over de reling, ik hoef slechts op de wal te staan om ze aan te pakken.
Ondanks dat het hard waaide wilden we toch fietsen. Naar Kaap Arkona. Dat is op het meest noordoostelijk puntje van dit schiereiland Wittow, trouwens, van heel Duitsland. Oh, nog wel grappig, we dachten dat we eergisteren al op Rügen aangekomen waren, maar dat was dus niet zo. Toen waren we nog op het vasteland van Duitsland, in Mecklenburg-voor-Pommern. Maar nu zijn we dus wel echt op Rügen.
Die Kaap Arkona bestaat uit krijtrots, en is zo’n 45 meter hoog. Vanaf land is het natuurlijk niet zo spectaculair, maar ja, we zijn er nu toch. En we willen een doel hebben om te fietsen.
We hadden een mooie route gevonden, aan de oostkant langs de zee, waar we lekker voor de wind fietsten. Het was soms wel even spoorzoeken naar het juiste fietspad, want die zijn hier niet altijd goed aangegeven. Soms wel, met echte verkeersborden, maar soms moeten we ons richtingsgevoel volgen en een doodlopende weg in gaan. Soms fietsten we over betonnen platen, wat lekkerder klinkt dan het is: het rammelde aan alle kanten!
We kwamen zelfs langs een hunebed! Hier zijn Arabische munten gevonden uit de negende eeuw, ongelofelijk toch?
Eén van de twee vuurtorens is nog in bedrijf en er is een gebouw ingericht als trouwlocatie. Pas sinds de val van de muur mag hier publiek komen lazen we. In de DDR-tijd was het een geheime militaire locatie, en tijdens de Tweede Wereldoorlog was het een strategisch belangrijke plaats. De ondergrondse bunkers van toen zijn nu te bezichtigen, maar dat leek ons allemaal zo Pro-Duitsland-in-oorlog dat we dat maar overgeslagen hebben.
Tja, en toen moesten we zo ongeveer tegen de wind in terug naar onze haven. Dat was soms pittig, maar gelukkig hebben we ook een lage versnelling op de fietsen.
En verdorie, we zagen hele donkere wolken aan komen. En snel..... Gelukkig waren we vlak bij een bos toen het begon te regenen. We hebben er maar een soort pauze van gemaakt. Staand, dat wel, wat helaas stond er geen bankje. Maar goed, we hielden het droog.
Een half uurtje later, we waren op een kilometer of acht van Wiek, begon het weer te regenen. En weer schuilden we bij bomen. We hadden nog wat meloen mee, dat hebben we daar maar opgegeten, want deze bui duurde wel wat lang. De jassen moesten aan, want het werd wat koud. Ach, we hadden de hele dag in shirt en korte broek gefietst, dus dat was niet zo erg. En vlak voordat de bomen flink begonnen te druppen was het droog en konden we weer verder.
Later ’s middags kregen we nog een paar flinke buien, met veel wind, over ons heen, maar toen waren we al lang weer aan boord. We schommelden af en toe flink, daarom hebben we nog maar twee extra lijnen vanaf ons naar de wal gelegd. Je weet maar nooit of de paal, die de voorkant van de boot moest houden, stevig genoeg in het water staat.
Hidzer liep hiervoor als een evenwichtskunstenaar op de stalen verschansing, en gooide vanaf daar (zittend) mij een dun lijntje toe. Ik maakte die vast aan een stevige dikke lijn, en Hidzer trok alles naar zich toe en legde de lus van de dikke lijn op de bolder op de hoek van de verschansing. Toen kon ik de lijn erg strak trekken en lagen we nog veiliger dan we al deden.
Tussen de buien door was het heerlijk weer! Warm zelfs, met een heerlijke zon. We hebben gedoucht in de wat ouderwetse bedoening, maar ach, het was hartstikke schoon en netjes. En er staan wasmachines, daar gaan we nog wel gebruik van maken morgen.
Hidzer heeft onze buren nog even geholpen: ze waren een borgpen kwijtgeraakt en hadden zelf niet zoveel spullen mee. Wij hebben van alles altijd te veel mee, maar dat is soms helemaal niet erg. Ook vandaag niet, want hoewel Hidzer geen borgpen had, kon hij de buren wel helpen met een 6mm moertje.
Wiek heeft een supermarkt, maar geen luxe. “wat er is dat is er”, en “niet te luxe willen”, is het motto. Nou, we redden ons daar prima mee.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten