Op de fiets naar Stralsund, dat was ons idee. Een mooie fietsroute konden we niet vinden, maar het was best rustig op de weg, en het fietste lekker. Hoewel de heuvels best pittig waren, dat viel even tegen. De dorpjes onderweg vonden we wat oostblokkerig aandoen. Zonder sjeu, zonder veel vrolijkheid. Wat saai, wat “steeds hetzelfde”.
Stralsund zelf staat wat ons betreft ook niet in de top tien van leuke steden. Misschien hebben we ons niet goed genoeg voorbereid, maar ook hier oogde het wat saai en knullig. Er stond bijvoorbeeld wel een groot Ozeanium (met een enorme rij bezoekers voor de kassa), maar de kermis voor de kleintjes had slechts 2 attracties, stond op een ongezellige parkeerplaats en had hoge hekken rondom. Wel met uitzicht op de haven en de Gorch Fock, waarvan de restauratie blijkbaar weer af was. Je mocht tegen betaling op het schip om het (deels) te bekijken.
Onderweg hebben we gepicknickt op een bankje. Veel korter dan gepland, want we werden lastig gevallen door de muggetjes. Nou, dan maar weer fietsen, dat was lekkerder.
We wilden vanavond vlakbij ankeren, en dan morgen naar een piepklein haventje gaan. Om vrijdag naar een grotere te gaan, in het noordoosten van Rügen. Maar het werd dus anders: nu nog varen naar de bestemming van overmorgen: het stadje Wiek.
In no-time hadden we de boel vaarklaar: fietsen aan dek, boodschappen opgeruimd, navigatie aan, spullen binnen zee-vast en de route bekeken. Okee, op weg! Het was nog iets van 40 kilometer varen, maar gelukkig was het nog vroeg. We zouden tegen half zes aankomen hadden we uitgerekend.
Gelukkig was het prachtig weer: weinig, erg weinig wind, heerlijke zon, dus dat maakte de reis leuk. Het is hier trouwens buiten de vaargeulen vaak erg ondiep. Leuk voor de vissers, die hun Stellnetzen en Aalreusen hier overal geplaatst hebben. Die Aalreusen liggen op de bodem, de Stellnetzen staan rechtop tot op de waterlijn. Uitkijken dus! Hoe het in het Nederlands heet weet ik niet, maar we hebben Duitse waterkaarten en praten dus over Duitse dingen. Klinkt soms raar, deels Frysk, deels Nederlands en deels Duits. Maar we begrijpen elkaar prima.
We betaalden direct voor twee dagen, bij de eveneens heel aardige collega-havenmeesteres. Misschien knopen we er nog een nacht bij aan, je weet het maar nooit met een storm.
De Duitse mensen in de box naast ons vertelden dat er op het eiland Hiddensee, waar we volgens ons plan eerst naar toe wilden, een heuse muggenplaag heerst. Oh, nou, dan slaan we dat maar over. We zitten allebei onder veel flinke bulten, zo groot als dubbeltjes. Ons Zweeds middeltje helpt goed tegen jeuk, maar als je per ongeluk gaat krabben begint het weer als een gek te jeuken.
De zwaluwen, die hun nestjes hebben onder die brug, vlogen af en aan om de muggetjes te pakken en hun jongen te voeren. Goede actie jongens, wij hoeven die steekbeestjes niet!
Het was een mooie avond, maar we maken het niet laat. Blijkbaar maakt fietsen en varen ons flink slaperig....
Geen opmerkingen:
Een reactie posten