Elisabeth en weer twee havendagen

Ach, gisteren is Queen Elisabeth overleden. Op een zeer respectabele leeftijd, 96 jaar. Ze is 60 jaren koningin geweest, vanaf haar 25^ste. Niet te geloven toch? En nu wordt Charles koning. Wij dachten dat dat in Engeland niet zo goed zou vallen, maar onze nieuwe buren denken daar anders over.

Zij varen al jarenlang enkele maanden per jaar op hun groot wit zeiljacht hier in de buurt en gaan ’s winters terug naar Engeland. Op hun trip van gisteren, van het eiland Arki naar hier, hadden ze het pal tegen de wind in. Ruim 13 mijl, dat is ongeveer 25 kilometer. Windkracht 4.

En de eilanden doen rare dingen met de wind. De eilanden zijn soms niet eens erg groot, maar de bergen zijn wel erg hoog. Hier op Samos is de hoogste berg ruim 140 meter hoog. Je zou denken dat je in de luwte van de eilanden moet gaan varen wanneer het flink waait. Maar dat moet juist niet!

Of je moet er ongeveer 5 mijlen vandaan blijven. Want de wind valt over de berg naar beneden en dan krijg je flinke windvlagen. Echt flink! De Engelsen hadden daar misschien te licht over gedacht, of nog nooit meegemaakt, want ze kwamen kreunend en steunend (met hun stiff-upperlip-acent) naast ons liggen. Het was horrible zeiden ze, de hele reis.

Maar over King Charles the Third zijn ze niet ontevreden. Hij schijnt veel moderner te zijn dan zijn moeder, ze verwachten dat hij oude tradities overboord gaat gooien en dat hij meer van deze tijd is.

Helaas, bleek vandaag, hadden ze ergens voorin lekkage. En het water was naar achteren gelopen. Iets bij de ankerketting-bak was niet goed, waardoor onder andere bedden en de inhoud van een kast nat geworden waren. Nat van zout water. Ze hebben de boel naar de wasserette laten brengen.

Vanochtend zijn wij de haven even uitgevaren. Onze vuilwatertank, die gevuld wordt door het toilet en het wastafeltje in de badkamer, is waarschijnlijk aardig vol. Dat denken we, zeker weten doen we het niet want er zit geen meter op. Maar we liggen hier al een week en blijven hier nog zeker een paar dagen, dus hij moest maar even geleegd worden dachten we. En dat kan niet in de haven, hier is geen afzuigsysteem.

We doen wel ons best om de vuilwatertank niet te snel te vullen, door toiletpapier in plastic zakjes te doen. Dus niet door te spoelen. In (binnen)landen met slechte rioolsystemen is dit immers nog steeds heel gewoon. Okee, we gebruiken wel veel dunne plastic zakjes, dat is dan wel weer minder netjes. Ach, ik had nog een doosje liggen, met luierzakjes. Voor volle luiers. Die gebruiken we er maar voor. 

Gisteren heb ik tegen Gele Polo 2 gezegd dat we vanochtend even naar buiten gingen, en gevraagd of we eerst moesten betalen. Nee hoor, dat was niet nodig.

We hebben buiten de haven een rondje om onze as gevaren en even gestopt en weer gas gegeven, en bij ’t binnen varen van het havengebied riep ik op de marifoon de Gele Polo op.  Hij zei “Goedemorgen”, want hij spreekt en verstaat best wel wat Nederlands. Ik vertelde dat onze “technical problems” opgelost waren en dat we de haven weer binnenkwamen. Gele Polo 1 zei dat hij ons op zou wachten bij onze lijnen. En even later, toen we aanlegden zei hij met een grote lach dat hij blij was dat de Technichal Problems opgelost waren.

Het lijkt wel of we de douches voor onszelf hebben. Het sanitairgebouwtje is te ver lopen om van het toilet gebruik te maken. En daarbij: je moet de sleutel vragen aan een Gele Polo of in het havenkantoortje. Het gebouwtje was een huisje en is nog niet zo lang geleden verbouwd tot sanitair voor de haven. Twee douches (met douchegordijn, een laag toilet, en héél veel stopcontacten. Bij binnenkomst moet de deur aan de binnenkant weer op slot. Het ruikt niet superfris maar het lijkt schoon en de douches geven veel lekker warm water.