Vannacht werden we wakker gemaakt door de springende vissen. Jonge, wat maakten ze af en toe lawaai! Alsof ze met kleine hamertjes op de boot timmerden, daar leek het wat op. Het duurde steeds niet lang, maar we werden er wel even wakker van.
Na het ontbijt, weer lekker buiten, betaalden we via het internet de TEPAI, een soort in-het-water-lig-belasting voor de boot. Nu voor de maanden november en december. Het was weer even puzzelen wat waar ingevuld moest worden, want het is een Grieks formulier en dan weet je bij voorbaat al dat dingen niet logisch zijn. Maar het is gelukt en we kunnen/mogen weer varen.
Daarna vertrokken we. Lekker in de zon, maar zonder wind. En zonder gebak bij de koffie, we krijgen al bijna afkickverschijnselen. Maar ja, in Vasiliki vonden we de baklava en sinaasappelgebak niet zo lekker dat we er een voorraadje van mee wilden nemen, en hier is niets te koop. Dus het Griekse toetje dat wij bij de koffie eten, staat hoog op het verlanglijstje voor als we weer een bakkerij vinden.
Onze route leidde ons langs het eiland Kalomos, langs de vastewal met het dorpje Mitika en daarna rechtstreeks naar het eiland Meganisi. We zagen links en rechts prachtige bergen, geen boten, een diepblauwe vlakke zee, en bij Meganisi was kozen we voor de eerste baai, Atheni. De baai tussen pink en ringvinger van de rechterhand.
Bij het gesloten restaurant lag een stevige betonnen kade waar we gingen liggen. Achter ons een klein verwaarloosd zeiljacht, verderop een live-aboard die er al jaren bleek te wonen en een Engels zeiljacht.
Na een late lunch stapten we op de fiets om naar de baai van het dorpje Vathi te gaan. Dat is de baai tussen wijsvinger en duim. We wilden even kijken of het daar misschien leuker lag, en of er beschutting zou zijn voor de verwachte wind.
We kwamen door het mooie dorpje Katomeri, waar de huizen weliswaar heel dicht op elkaar stonden, maar waarvan we vonden dat het verzorgder en schoner was dan in menig ander dorp. Het was een pittig tochtje omdat we de berg over moesten, maar het tweede gedeelte ging weer naar zeeniveau en was een makkie.
We kwamen bij het haventje van Vathi en wisten het direct: hier gaan we naartoe met de boot. Het leek niet groot maar groot genoeg, er waren twee supermarkten en een bakkerij, een dorpsplein en ook nog twee restaurants open.
En wie zagen we daar liggen? Rick en Martha. Nou ja, dit was al de zoveelste keer dat we ze zagen. In Ithea, in Galaxidi, op Trizonia, vandaar voeren we gelijk op via Messolonghi naar Kefalonia, in Vathi op Ithaka en nu weer. We maakten even een praatje en ze vertelden dat ze morgen naar Lefkas gaan om de storm en de regen daar te trotseren.
Op weg terug naar de boot kwamen we langs een schattig kerkje, dat helaas op slot zat.
En vlak buiten het dorp stond weer een mini-kappelletje, met er achter een theedoek die in 't gaas hing. Misschien om de raampjes af en toe te poetsen?
De rest van de middag genoten we van 't uitzicht op de baai. Niet dat dat veel veranderde, er kwam niemand en er ging niemand. Het bleef heerlijk rustig.
En vanavond, toen het al donker was, bleek dat het niet zo handig was om langszij te gaan liggen aan deze kade. We kregen kattenvisite aan boord. Dat duurde niet lang want we hebben ‘m weggejaagd, maar we zagen wel dat de loopplank van de boot van de Engelse kattenvoermevrouw erg hoog is opgetild. Daar kan geen kat aan boord komen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten