donderdag 26 augustus 2021

Weer Hoog Bezoek, en einde reis

Gister zijn we naar de haven van Earnewâld gevaren, omdat we bezoek kregen van ons jongste prinsesje. Het werd een geweldige dag, met heerlijk warm weer, gezellig kletsen en knuffelen.

Daarna zijn we een paar honderd meter verderop voor anker gegaan. En daar was het heerlijk rustig. Tot het pontje ging varen (pas vanaf 10:00 uur) en de huurvloot op gang kwam hadden we het rijk alleen. Geweldig!


Tegen twaalf uur gingen we in een box liggen, vlak bij de boarterstún. Want vandaag zou de Amigo langs komen, ze hebben twee weken vakantie en gaan richting Lauwersoog. Tegen 13:00 uur lagen de Amigo en de Nocht gezellig naast elkaar. 



We hebben weer een superdag gehad. Lekker bijgekletst, in de speeltuin gespeeld, met de pionnen van het reuze-schaakbord huisjes gebouwd, en heerlijk met de kleintjes geknuffeld.


We besloten om een eindje te gaan varen en samen voor anker te gaan. Het werd een Marrekritewalletje, bij de Kop van Jacobi. We konden mooi achter elkaar liggen. En of het zo moest zijn: nu begon het te miezeren. En regenen. Hidzer en Marit gingen met de rubberboot op pad maar kwamen nat terug. 



De volgende ochtend zijn we met ons logeetje in de rubberboot naar de vogelkijkhut gegaan. 





Na gezellig koffie drinken, met boterkoek erbij, namen we afscheid. De Amigo ging via Earnewâld om een gasflessen te kopen (beide gasflessen aan boord waren leeg) en daarna richting Burgum, naar Oerpake en Oerbeppe.

Wij gingen naar huis. Nog even lekker zeilen op de Wide Ie, Pikmar en Snitsermar, dat was een leuke afsluiter van de reis. 

En daar vonden we een kaartje van een zeehond, door Marit uitgekozen, met een tekening erop. Wat een leuke verrassing!

Tja, dat was het einde van onze mooie reis door Duitsland en Denemarken. Zevenenvijftig dagen waren we onderweg, en we zijn het nog lang niet zat. We gaan vast weer gauw op pad, maar eerst even thuis om de wasmachine laten draaien, en naar mama toe. 

maandag 23 augustus 2021

Naar Earnewâld

 Het was een mooie ochtend. Zonnetje, prima temperatuur. Na 't ontbijt zijn we op de fiets  naar de AH gefietst. Toch weer lekker, naar een "eigen" supermarkt. Het water liep ons bijna in de mond toen we een ongesneden Pain de Bologne kochten, haha.

Daarna hebben we de boot weer een keer gespoeld met zoet water, (buitenwater met behulp van de dekwaspomp), want we weten dat het zout van de afgelopen weken niet zomaar verdwenen is. 

Om 9:15 uur kwam een vloot boten langs sjezen, dus de bruggen draaiden weer. Wij zijn tegen koffietijd vertrokken. Heerlijk in het zonnetje, het was genieten!

Bij Burdaard, toen ik naar binnen liep om bruggeld te pakken (€ 3,50 voor twee bruggen), hoorde ik een alarm. We zijn niet door de brug gegaan maar hebben bliksemsnel aangelegd. Wat bleek? Het was een bilge-alarm: er stond een beetje water in de kiel. waarschijnlijk doordat we al heel lang niet meer de schroefas-afdichting hebben aangedraaid. Bij de oude motor moest dat vaak, maar nu niet meer. En tja, dan vergeet je dat zomaar. Foutje!

We hebben het beetje water (het ging om minder dan 2 liter) naar buiten gepompt, en hoewel ik met de Dreft klaarstond was dat niet nodig. Er kwam geen olie of viezigheid mee naar buiten. De hele klus duurde niet lang, en we waren ondanks dit gedoe wel erg blij dat het alarm zo duidelijk hoorbaar is.



,

De route dwars door Leeuwarden ging redelijk snel. Hoewel.... We hebben de brugwachter van de Vrouwpoortsbrug wakker moeten maken door wat lawaai te maken met de boegschroef. En in het Harinxmakanaal moesten we tussen de twee spoorbruggen 25 minuten wachten. Terwijl daar geen mooie aanlegmogelijkheid voor plezierboten is. Okee, wij hebben de boot aangelegd aan de beroepskade, met onze lange lijnen, en hebben een Duits jacht aangeboden om naast ons te komen liggen.

Nou ja, verder ging het weer prima, en in het zonnetje legden we na in totaal 8,5 uren onderweg te zijn geweest aan bij Earnewâld, aan de Polderdijk. Er stond nog steeds veel wind, maar we zaten lekker in de kuip. 

zondag 22 augustus 2021

Naar Dokkum

 Vannacht regende het wat, vanochtend ook. Maar we hebben toch weer even lekker gedipt in het zoete water. We voelen ons nu wel weer bijgeslapen en kijken terug op een goede overtocht.

Op AIS zagen we dat er een stel "Denemarkers" in zowel de binnenhaven als de buitenhaven liggen. Degene die we herkennen (aan de naam, en soms aan een praatje), zijn allemaal gisteren binnengekomen. 

Wij zijn na de koffie vertrokken. De Iron Lady ook, een paar minuten voor ons, ze kwamen nog even langs varen (een omweggetje van 30 meter) en vertelden dat ze nog twee weken vakantie hebben en heel rustig aan gaan doen.

Maar ja, wel op de motor. Wij niet, wij hebben gezeild tot we het Dokkumer Diep, het betonde vaarwater naar de sluis. Het was zo goed als droog, net niet helemaal. We hadden het zeil en de fok nog niet plat cq ingerold, of het begon serieuzer te regenen. We zijn maar binnen gaan sturen, lekker luxe.


Er haalde ons een Duitser in, met een bloedgang, die even later vastliep. Muurvast. Toen wij hem weer inhaalden, en een kort praatje maakten, bleek dat hij 2 meter diep ligt en wist dat het hier spannend zou zijn. Okee, dan moet hij het ook zelf weten. Hier wordt 1,9 meter aangegeven. Maar mooi voor hem, hij raakte weer los. En haalde ons na de sluis weer met een bloedgang in. 12,2 kilometer per uur, dat past niet echt in deze smalle vaartjes.

De brug van Engwierum was creatief bezig. Twee zeiljachten voor ons gingen er door, daarna bleef het licht groen maar ging de brug half naar beneden. Oh? Hij bleef zo een poosje hangen. Ik riep de brug op en kreeg als antwoord dat de Franse kruiser voor ons er door mocht en dat hij dan de brug even moest sluiten en direct voor ons weer zou openen. En zo geschiedde. Beetje apart, maar ach.....

Verder ging het van een leiden dakje. Het miezerde soms wat, maar dat deerde niet. Dokkum ging redelijk vlot, we moesten eventjes wachten op de fietsende brugwachter. Mem belde nog even, ze was nieuwsgierig hoe het met ons was.

Vlak buiten Dokkum is een leuk Marrekritewalletje, daar zijn we gaan liggen. Er lag een grote kruiser een beetje "niet zo aardig" bijna in het midden, maar we pasten er wel bij. Met de spriet uitstekend over de rietjes, maar dat ging best. Toen we goed en wel vastlagen kwam Mevrouw naar buiten en vroeg of het paste, dat ze nog wel een metertje naar voren konden. Ik antwoordde dat het niet zo aardig van ons was om zo dicht op hen te liggen, maar dat het wat ons betreft wel kon. Maar ik weet niet of ze de boodschap hebben begrepen, haha. 

We kregen een telefoontje of we visite wilden krijgen: natuurlijk! En een uurtje later kwamen Klaas en Mem er aan. Heel erg gezellig, we hebben weer heerlijk bijgepraat onder een sapje en hapje. 

Het waaide best hard, maar we lagen gelukkig wat in de luwte. Op de radio hoorden we dat het vanochtend onder andere in Woudsend zó hard en veel heeft geregend dat straten onbegaanbaar waren geworden en het aquaduct afgesloten moest worden. Woudsend was even niet toegankelijk! Wij zagen dreigende wolken maar het meeste ging aan ons voorbij.

zaterdag 21 augustus 2021

Van Cux in één keer naar Lauwersoog

We hebben prima geslapen vannacht. Het was heerlijk rustig, dat is wel eens anders geweest in deze haven. Het blijft natuurlijk wel een industriehaven, met in een hoekje de jachthaven van de vereniging. 

De mannen van de vereniging hadden het druk vanochtend. Meerdere mensen hebben gebeld voor een ligplaats, vooral voor een paar dagen tot een week. Die mensen laten de boot liggen en gaan op een ander moment, met beter weer, verder. 

Wij hebben besloten om vannacht door te varen. Best spannend, want dat hebben we nog nooit gedaan. Ja, wel eens heel vroeg in het donker vertrokken, ook wel eens in het donker ergens aankomen, maar een nacht doorvaren (op een eigen boot) zou voor 't eerst zijn.

Onze voorbereiding bestond uit het goed kijken naar de stroming. Met de eb-stroming de Elbe af, en met de vloedstroming naar Lauwersoog. We hadden ook een Plan B: als alles tegen zou zitten zouden we de Jade op, om naar Hooksiel de haven op te zoeken. En Plan C hadden we ook: de Eems op naar Delfzijl.

De wind leek gunstig: eerst wat tegen, maar dat zou te doen moeten zijn. Dan midden in de nacht nauwelijks of geen wind, en boven Nederland weer een beetje, vanuit het zuiden. 

Oh ja, wat ook mooi was: het zou volle maan zijn. Dus dan is het niet zo donker en zien we veel sterren. 

Verder hebben we lekkere broodjes gehaald voor de lunch en een paar extra voor vannacht, we hadden een soepje klaargemaakt, er was nog een maaltje mexicaans in de koelkast, en ik maakte een huzarensalade.  Gesneden komkommer, meloen in stukjes, een lekkere worst in dunne plakjes, dat lag klaar en zou de lekkere trek moeten stillen. 

De kaart lag klaar, Hidzer had van dik papier een soort dekseltje gemaakt voor op de plotter, met een uitsparing voor de kompaskoers. Zo zouden we niet verblind worden door het schermpje. De lifelines waren aan weerszijden in het gangboord vastgemaakt, de rubberboot lag vast op het voordek en de vlag was aan de achterstag (boven het heklicht (achterlicht)) gebonden.

We merkten nog dat Nederlands Polyester niet met Nederlands Staal wilde praten (twee Nederlandse boten zeiden nog niet eens goedendag tegen ons), maar Nederlands Staal uit Urk wilde dat wel. Ze complimenteerden ons met de mooie blauwe kleur en wilden graag weten welk merk verf we hebben gebruikt. En ze vroegen of ze ook bij Lauwersoog naar binnen konden, maar ze steken 1,95 meter diep, dus dat wordt spannend. 

Om 13:00 uur vertrokken we. Precies een uur na HoogWater, zoals aanbevolen wordt. En weet je wat? We waren bijna de laatste in de kolonne van een stuk of 20. De andere haven had een hoog Nederlander-gehalte gehad, zagen we op AIS, en we zagen een paar "bekenden": Westhinder (van een paar jaar geleden), Iron Lady (van Norderney), Swalker en Equilibrium (beide van Rügen, en op AIS).

Het was wat grijs, wel droog en niet koud. Mooi weer dus. Ongeveer de helft van de kolonne hees direct het zeil. Wat geen nut had, want er was geen wind. Dus al die zeilen gingen ook weer naar beneden. 

We waren Cuxhaven nauwelijks uit toen er een groot, vrolijk beschilderd passagierschip langs kwam. De Aïda Mar, van 253 meter lang, voer met een gangetje van 33 kilometer per uur richting Hamburg. 


Na een uurtje varen belden Anneke en Marit. Anneke was benieuwd of we onderweg waren, want ze had het weer wat in de gaten gehouden en net als wij gezien dat het nu wel gunstig zou zijn. En Marit vroeg of we aan het varen waren (papegaaitje, haha), op de Nocht. En ze vertelde dat haar nagellak op was. Nou, Beppe heeft het wel aan boord, dus als we elkaar zouden zien krijgt ze weer rode nageltjes. Misschien duurt dat niet eens zo lang, dat we elkaar weer zien, want vandaag zouden ze naar de Amigo gaan voor een vakantie van twee weken. Ze wilden richting Lauwersoog, dus dan moeten we elkaar toch ergens tegen komen zou je zeggen.

De wind, die met een kleine 4 Beaufort vanuit het westen zou waaien, had niet zoveel zin. Er stond een heel klein windje. Maar er was wel veel deining. Dat kwam waarschijnlijk door de vele dagen harde wind vanuit het westen. De golven gaan nog even door, ook als de wind stopt. We hebben het zeil gehesen om wat stabieler te liggen en voeren vrolijk verder. De zon kwam er bij, het werd een mooie dag.


De hele middag en avond bleef het prima weer. Blauwe lucht, niet koud, we hadden het prima naar onze zin. We voeren in een groepje van vier. Wel op 100 tot 200 meter afstand, maar we bleven aardig bij elkaar. Door de stroming voer dan de één een kilometertje sneller, en dan de ander. Heel grappig. 

De lifelines had Hidzer aan beide kanten in het gangboord goed vastgemaakt. Vanaf de kuip tot helemaal naar voren, met bevestiging aan de verstaging en de mast. Als we naar voren liepen, haakten we ons vast aan het reddingsvest. Zo deden we dat op de heenreis ook. Het is even wennen, maar ja, veiligheid staat voorop.


We werden getrakteerd op een mooie zonsondergang. Maar helaas voor ons voeren wij naar  ZuidWest, terwijl de zon in het westen onderging. En vanuit ZuidWest kwamen er veel wolken. Heel veel wolken. Geen dreigende, maar gewone grijze. Die voor de maan bleven hangen.  Dus die volle maan, die was er niet. Niet bij ons. Jammer, erg jammer. 



Het werd donker, erg donker. En ook nog vroeg ook. Tegen 21:00 uur was het al donker. Maar erg last hadden we er niet van. Op de laptop zagen we goed waar wij voeren en waar andere schepen voeren. Gelukkig was het nog licht toen we bij de monding van de Alte Weser, de Neue Weser en de Jade voeren, dus we zagen de snelle containerschepen niet alleen op de AIS maar ook met het blote oog. Plan B was niet nodig (afslaan naar Hooksiel), we gingen door richting Lauwersoog. 

Het was erg rustig op de marifoon. We hebben wel eens flauwekul-gesprekjes over de goede nacht, de rare golven en de lekkere soep gehoord, maar vannacht niet. 

Op de AIS zagen we dat er een aantal schepen naar Norderney gingen, in het donker. Leuk hoor, om te zien wat anderen doen. Wij voeren trouwens tussen een tonnenrij en de verkeersweg door. De tonnenrij ligt op 5 tot 8 kilometer boven de eilanden, met iets van 10 kilometer tussen de tonnen. De verkeersweg is ook betond, en is voor de grote zeeschepen. Wij voeren er dus ongeveer midden tussendoor. 

Maar er was ook een jacht, die wij op AIS zagen, de Johanna, die dicht op de tonnenrij van de eilanden voer. En dat bleek niet handig, want bij Norderney waren ze met kabels bezig, op de lijn van de tonnen. De Johanna, een Duits zeiljacht, werd heel vaak opgeroepen op de marifoon, maar hij reageerde niet. Het zal wel goed gekomen zijn, want hij moet toch het licht van al die schepen hebben gezien, maar vreemd is het wel. 

Wij zijn toen het donker werd binnen gaan sturen. Daar was het minder koud, en konden we onze koers beter zien op de laptop. We dronken wat, we aten wat en deden heel af en toe een powernap. Echt wachtlopen deden we niet, we vonden het veel te leuk om dit samen te beleven.

Toen we ten noorden van Borkum voeren, werd het daar wat druk. Er is een verlichte vaargeul richting de Eemshaven en een onverlichte. Als er een schip uit de Eemshaven komt, is het maar even de vraag welke route hij neemt. Vrachtschepen gaan door de verlichte vaargeul zou je zeggen. Maar dat bleek niet zo. Er was er eentje die de onverlichte nam. 

Ook de loodsboot nam met een bloedgang de onverlichte (achter ons langs), hij was op weg naar een tanker die van zee kwam. Er was ook al een duikersvaartuig van zee gekomen. En twee zeiljachten kwamen ons daar tegemoet. Zonder AIS, dus die zagen we met het blote oog aan de vaarlichten. Oh ja, er waren ook nog twee vissers. Eentje met AIS en eentje zonder. Vissers met de voor ons nare eigenschap dat ze zomaar een andere koers gaan varen.

Nou ja, dat was een intensief uurtje. Al die lichten om ons heen, waarbij we moesten kijken waar de beroepsvaart langs gaat omdat wij ze voorrang horen te geven, waarbij er dus ook beroeps en plezier zonder AIS vaart, en er was een zeiljacht dat met ons meevoer maar die blijkbaar een WayPoint had vastgesteld die noordelijker was dan onze koers, dus die kwam steeds dichter bij ons. 

Het was een uurtje die we niet graag in ons eentje hadden gevaren. Vier ogen waren echt lekker hier. Maar goed, het liep allemaal prima, we hoefden niet uit te wijken of in te houden, en we koersten verder, richting Schiermonnikoog. 

Pas tegen zes uur werd het licht. Dat was dus een veel langere donkere nacht dan we hadden gehoopt. Ach, het zij zo. Toen het licht werd, bleek het wel een grijze wereld. Zowel het water als de lucht was grijs. Een beetje saai.


In de geul naar Lauwersoog hadden we de stroming weer lekker mee. En warempel, de zon kwam er bij. Dat maakte het weer wat gezelliger. Helemaal toen we weer wat boten zagen, want alles (stuk of zes) wat er bij ons in de buurt voer op zee, was doorgegaan richting waarschijnlijk Vlieland.  Bij Lauwersoog was het best wel druk.

Okee, het was zaterdag, mooi rustig weer, eind van de vakantie, dat verklaarde het misschien. Tegen half tien lagen we in de sluis, en om tien uur lagen we aan een Marrekriteboei bij Het Booze Wief, op het Lauwersmeer. Na 21 uren varen. 
 

Het was broeierig, bijna windstil met een zwak zonnetje. We hebben gebeld naar Mem en geappt naar de kids, dat we er waren, zijn naar bed gegaan en hebben drie uren geslapen. Na de lunch hebben we gepoetst (het zoute water van de boot spoelen met de dekwaspomp die het zoete water uit het meer pompte), daarna wat gezwommen en weer een uur geslapen. Toen weer lekker gezwommen en gedoucht, en lekker nagepraat over de afgelopen nacht. 

Wij zijn ons bewust dat we de omstandigheden mee hadden (tijdstip tij, weinig wind, geen regen) terwijl de volle maan niet te zien was en we flink deinden op de golven. Een volgende keer zouden we het weer doen wanneer tij en weer dan mee zitten. Maar de dag van vandaag is echt een "ik wil bijkomen" dag, dus je wint er niet zoveel tijd mee. 

Nou ja, we namen een drankje met wat lekkers erbij, zagen de Iron Lady vlak bij ons ankeren (we hebben even gezwaaid naar elkaar), maakten ons bed op met het laatste schone beddengoed, pakten de laatste schone handdoeken, luisterden naar Grunnen FM (zender met de meest aparte liedjes, dikke lol gehad), belden met de kids en gingen op tijd naar binnen omdat er weer veel muggetjes rond vlogen. En: we maken het niet laat. We zijn het duidelijk niet meer gewend om een nacht door te halen, haha. Maar het was een prachtig avontuur!

donderdag 19 augustus 2021

Naar Cuxhaven

Vannacht waaide het weer flink hard. We besloten niet te gaan varen vandaag. Maar later was er veel minder wind, en de weermannen voorspelden voor het stuk vanaf Brunsbüttel 6 meter per seconde. Nou, dat moeten we kunnen hebben, zelfs met de wind pal tegen. De boot kan het wel aan, nu wij nog...


We hebben nog wat boodschappen gedaan, koffie gezet en zijn tegen half elf vertrokken. De grote deuren waren al een poosje daarvoor open, de kleine deuren ook, nu moesten we nog even wachten op de voetgangersbrug. Maar daarna kregen we groen licht en verlieten we Glückstadt. 



De zon kwam er bij, er was weinig vrachtverkeer. De koffie met de boterkoek smaakten prima. Achter ons ging trouwens wel een enorme bui langs, dus we waren mooi op tijd vertrokken. We hadden de eerste anderhalf uur wat tegenstroming, en gingen soms niet harder dan 7 kilometer per uur. 

Bij Brunsbüttel, waar we de stroming lekker mee hadden, voelde het wel wat gek om zomaar langs te varen. Alle andere keren voeren we vanaf het noorden hier naar toe, naar de sluizen, of gingen we juist vanaf de sluizen naar het noorden toe. En nu sjeesden we er gewoon langs.


Op de computer zagen we dat er veel, erg veel, pleziervaartuigen vanaf het NOK de Elbe opvoeren. Meer dan de helft waren Nederlanders. En als je dan bedenkt dat er ook best veel boten varen zonder AIS, dan besef je dat de haven van Brunsbüttel ontzettend vol geweest is!

De golven vielen ons mee. We hebben welles véél meer golven meegemaakt hier. Toch doken we er af en toe wel goed in hoor, maar alles bleef netjes op zijn plek, inclusief wij.


Wij kregen steeds meer vaart, soms 15,6 kilometer per uur. Het was dus even goed mikken bij de haven de LFC, want je moet er niet aan denken dat de stroming je op de grote stalen pijler zet! Maar Hidzer deed dat weer prima, en we vonden een mooi plekje. Even flink manoeuvreren, want de stroming werkte hier ook nog wat, maar dat ging goed. Tja, toen zagen we dat de plek bezet was. H'm. Dan maar in een box. Die manoeuvre ging ook prima, maar de box bleek tot vandaag vrij te zijn.

Drie maal recht is scheepsrecht, dus de plek langszij de hoofdsteiger het geworden. Tegen vier uur lagen we vast. Er kwamen wel meer boten aan, zeilboten en motorboten, allemaal vanuit Brunsbüttel. We hoorden dat het daar inderdaad hartstikke druk was geweest. 


Aan de overkant werden stenen in een schip geladen, maar daar hadden we geen last van. Toen het een half uurtje geleden ophield, hadden we het eerst niet eens door. Het is een mooie avond, maar we maken het niet te laat. 

woensdag 18 augustus 2021

Glückstadt

Het is jammer dat het zo hard waait en zo veel regent. We lopen steeds een half uurtje tot een uurtje, maar het weer is te onbestendig om te fietsen. Maar ach, we doen alles op een laag tempo en vermaken ons prima.

Er lopen wel veel toeristen rond. Soms is het erg grappig wanneer mensen bij de boot blijven staan en over ons praten. Zouden ze echt niet door hebben dat wij Duits verstaan? Je hebt van die mensen die zelf vinden dat ze verstand van boten hebben: zo is er al over ons gezegd dat dit een authentieke vissersboot is die verbouwd is voor de pleziervaart (ai, dat zal lekker stinken, een oude vissersboot!), dat -ie van hout is (huh?), maar het leukst was wel het jongetje dat tegen zijn vader zei: "das ist ein Piratenbot, ich hab Männer gesehen"!

Het Sperrwerk is gisterochtend maar heel even open geweest, we denken dat het door de harde wind kwam: daardoor golft er veel water naar binnen met HoogWater. Daar moeten we wel om denken, wanneer we willen vertrekken.

We zijn vaak aan het wandelen in complete zeilpakken, zelfs wanneer we broodjes halen bij de supermarkt. Dan maakt een buitje meer of minder ons niet zo veel uit.

Maar vaak is het ook droog hoor, gelukkig wel! We vroegen ons af of wij in Nederland nog wel sigarettenautomaten hebben, we denken van niet. Maar hier wel. Een stuk of vijf hebben we gezien, dus dan zijn er vast wel meer.

We zagen zelfs een fietsbanden-automaat! Aan de muur van de fietsenhandel. Dat is handig wanneer hij gesloten is!


Vlak bij de haven staat een kroeg, waar een heus anker aan het dak hangt. Boven het voetpad! Een megagroot anker, misschien ook wel enorm zwaar. We zijn er maar niet onder gaan staan.....

Onze stroomvoorziening komt uit een apart kastje. Het lijkt alsof het op een krukje staat, maar het is wel een permanente oplossing. Tenminste, gedurende de zomer. Eigenlijk hebben we geen stroom nodig, maar we hebben eergisteren pizza gebakken, en vandaag een boterkoek. Dus dan is stroom van de wal wel even handig.


In de kuip hebben we ons regenkleedje opgehangen, zo kan de deur op een kier blijven zonder dat het naar binnen regent. 


De Glückstad-app hebben we gedownload, en we weten nu veel over de historie van de stad en omgeving. Het museum heeft al zijn items beschreven, wat soms best wel interessant was maar ook wel saai. Maar goed, we hebben alle tijd en hebben ons niet verveeld. Maar het nodigde niet uit om het museum daadwerkelijk te bezoeken, dat is eigenlijk wel weer jammer.

Hier lopen en fietsen best veel Prullenbakkers. Zo noemen we de mensen die in elke prullenbak kijken of er statiegeld te vinden is. Op blikjes voornamelijk. De Prullenbakkers hier zijn van alle leeftijden, soms armoedig van uiterlijk en soms best sjiek. Voor ons leuk om te bekijken, want we kijken graag naar andere mensen.

Ha, in de supermarkt was de Frau Antje boter in de aanbieding. Op de wikkel staat dat het van FrieslandCampina is, grappig toch?


Langzamerhand worden de droge perioden langer, waait het minder hard, en wordt de lucht ook wat minder donkergrijs. En heel af en toe komt de zon er wat door. Het is nog steeds niet koud trouwens, dat is echt lekker. 

Vanmiddag hebben we daarom wat langer gelopen, op en langs de dijk en door wat oninteressante straten van de stad. Misschien gaan we morgen vertrekken. Nog even kijken hoe laat dat zal zijn, want we willen zo veel mogelijk van de stroming profiteren. En dat gaat niet volledig tot Cuxhaven. Er is minder lang eb-stroom dan wij moeten varen. Nog even puzzelen dus.

En misschien is de wind nog een struikelblok, want van Brunsbüttel tot Cuxhaven hebben we de wind tegen waarschijnlijk, en de stroming mee. En dat maakt rare golven. 

Nou ja, we hebben morgenochtend nog tijd genoeg om te beslissen. Het tij wisselt op een voor ons gunstig tijdstip.

We kregen een geweldig filmpje van Welmoed, die probeert te staan bij het hobbelpaard. Dat was een leuke opkikker, want van het nieuws over Afghanistan of de tornado bij Grossheide (iets van 150 kilometer hier vandaan) worden we niet zo vrolijk.

maandag 16 augustus 2021

Naar Glückstadt

Gisternacht hoorden we een paar spetters vallen, maar minder dan voorspeld was. Het was wel grijs trouwens, maar niet koud. We zwommen voor de laatste keer dit jaar in het NOK, en douchten in de kuip.

Sven D uit Sneek voer langs, richting Kiel. Zo grappig, dit schip kan niet eens in Sneek komen, zo groot en diep.

Tegen elf uur vertrokken we. Het was nog steeds bewolkt. Vlak nadat we het NOK opvoeren passeerde de Reiderdijk uit Madeira. Een erg groot schip. Reiderdijk. Zouden ze dat in Madeira kunnen uitspreken? Het zal wel grappig klinken.

Ruim twee uur later legden we aan aan een chartersteiger. Vroeger (ha, vroeger), was er vlakbij een steiger voor pleziervaart, wanneer de haven vol was. Een AusweichLiegestelle noemen ze het. Staat nog steeds in ons boek en op de digitale kaart. Maar de steiger is er niet meer. Nou ja, dan maar even aan de chartersteiger. Er lag toch niemand.

We moesten even wachten, want het was pas om half drie laag water in Brunsbüttel, en omdat de stroming nog een uurtje doordendert wordt er aangeraden om dat uurtje nog even af te wachten. Dat aanraden doen de schrijvers van boeken en zo, dat doen de sluiswachters niet hoor. Die trekken zich nergens wat van aan.

Het lag er lekker in het zonnetje. Er is van alles te zien, van wachtende containerschepen, vertrekkende schepen uit de sluis, wachtende en rondjes draaiende zeiljachten en de pontjes die heen en weer varen.

Toen we op AIS zagen dat er op de Elbe even geen schepen lagen te wachten, en de kleine sluis naar binnen toe geschut werd, en er ook nog een stel zeilboten lagen te wachten, zijn we startklaar gaan liggen. En toen de witte lichten gingen branden zijn we op pad gegaan. Mooi op tijd om de kleine sluis in te mogen. We lagen er met  7 anderen.


Ha, en om half vier, dus precies een uur na LaagWater, voeren we de Elbe op. Een brede Elbe. Een grijze Elbe, het ziet er niet lekker fris uit, dit water. Maar we hadden de zon mee, en de stroming ook, dus we gingen met een bloedgang naar het zuiden. Aan de grote groene tonnen konden we goed zien dat we de stroming mooi mee hadden.



Het land om ons heen was vlak. En kaal. Weer heel anders dan het Kieler Kanaal. Pal voor de ingang naar de haven ligt een groot langwerpig en begroeid eiland, maar evengoed stroomde het nog flink. De ingang van de haven was duidelijk aangegeven, en net zoals bij Cuxhaven: wanneer je tussen de ingangs-pieren van de haven gaat, is de stroming weg. En het water heerlijk rustig.

Tussen de buitenhaven en de binnenhaven staat een Sperrwerk. Geen sluis, twee deuren. Of eigenlijk vier deuren: twee hele grote aan de buitenkant, twee lagere aan de binnenkant.  Die pas twee uren voor HoogWater opengaan. Dat wisten we, maar tot onze verbazing was de wachtsteiger helemaal vol en lagen de boten zelfs dubbel. We moesten wachten tot half zeven volgens het bord.

De havenmeester, die in de buitenhaven liep, zag ons komen en vroeg hoe lang we wilden blijven. En dat we wel aan de wachtsteiger mochten overnachten, want al die boten zouden naar binnen gaan. Maar wij wilden ook naar binnen. Of we ons bewust waren van de openingstijden van het Sperrwerk? Ja, dat waren we. Dan mochten we binnen na de catamaran aan de kade liggen. Prima.

En tot die de opening van het Sperrwerk mochten we wel aan de motorboot liggen. Dat hebben we voor ’t fatsoen nog even aan de mensen zelf gevraagd, maar natuurlijk mocht dat.

De schipper was zeer informatief, maar niet zo positief over veel dingen. Het was een “ik heb veel geld”mannetje.  Hij vertelde dat je geen fiets nodig hebt inGlückstadt want het is erg klein. En buiten de stad is er helemaal niets. Niets leuks. Net als in Holland. En het Sperrwerk, daar staat wel een openingstijd aangegeven , maar dat moet je maar niet vertrouwen, want het zijn ambtenaren die er werken.

Okee, we namen het voor kennisgeving aan.

Ik vroeg ‘m waarom al die wachtende boten met de kop naar buiten lagen. Nou, ze hadden vandaag slecht weer gehad. Veel regen. Nou ja, wij helemaal niet, dus we hebben weer eens veel mazzel gehad.

De havenmeester kwam nog even via de loopbrug naar onze kant van het water. We hebben direct voor twee dagen betaald, en hij vertelde nogmaals waar we konden liggen. Stroom was er wel, hadden we ook water nodig? Ja graag. Oh, dan was het handig dat we bij de zeilboot met de gele opbouw gingen liggen, want daar zette hij morgen een brandkraan klaar. We hebben braaf ja geknikt maar begrepen er niets van. Brandkraan? Nou ja, maar even zoeken naar de catamaran en de zeilboot met gele opbouw.

Ruim voor half zeven werden de grote deuren geopend, maar de lichten bleven nog rood. Tegen half zeven kregen we groen en voeren we naar binnen. Het leek wat chaotisch, maar dat viel erg mee: wij waren de enige toerist, de rest had een groen verenigingsvlaggetje in het want en zocht zijn eigen box op.

Het zag er leuk uit, Glückstadt. Oude gebouwen en huizen, vrolijke kleuren, wandelende mensen.

Wij zochten de catamaran, maar hebben ‘m niet gevonden. Wel de zeilboot met gele opbouw. Hier hebben we vlak achter aangelegd aan de kade. Een leuk plekje. Het was wel een grove kade, dus we moesten even mikken met de stootwillen, maar dat ging prima.

Tijdens het eten klaarmaken merkten we dat we nog wat stegen. Nu weten we dat de Sperrwerk-mannen ongeveer een half uur voordat de grote deuren opengaan het water in de haven wat laten zakken. Iets van een halve meter. Dan kunnen de grote deuren open (aan de buitenkant is er dan immers nog geen HoogWater), en pas als het water ongeveer even  hoog is als binnen gaan de kleine deuren open. Het heeft met de druk van het water te maken.

Tegen die tijd gaat het water in de haven dus weer stijgen, want het wordt HoogWater. En dat blijft het tot iets van 12 uur later, wanneer het weer HoogWater aan het worden is op de Elbe.

Na ’t eten gingen we even de wal op, en hee, daar was de havenmeester. We vroegen ‘m waar de catamaran was..... Die bleek weg te zijn. Ha, maar hij was blij dat we de gele opbouw hadden gevonden. Vandaag tegen acht uur zou hij de brandkraan met een waterslang brengen.

En ja, dat deed hij.  Met een auto bracht hij de brandkraan, die hij ergens in een put installeerde. De waterslang (met juiste koppeling) haalde hij bij een andere boot vandaan, en of ik de slang daar weer wilde brengen. Want die mensen hadden ook nog water nodig. Prima.

Ik heb gevraagd of we iets dichter bij het Sperrwerk aan de kade mochten liggen, daar hadden we waarschijnlijk een iets mooier uitzicht. Nou, dan mochten we nog wel even verderop, op de plek van de catamaran. Die zijn op vakantie nu. Hij zei “Komm mit”, en liet me de plek zien.

Hij bleek de tweede helft van de maand geen havenmeester te zijn, maar in dienst van Stadwerke Steinburg, als Projektabwicklung. Dat staat op zijn visitekaartje, dat ik kreeg om te bellen wanneer we langer dan twee dagen willen blijven. Okee.... Zou de havenmeester van de-rest-van-de-maand dat niet regelen dan? Het zal allemaal wel goed komen, en het is een lieve man. We noemen hem Gerd-Pieter. Gerd omdat –ie zo heet, en Pieter omdat hij enorm veel lijkt op een Pieter die we kennen, Pieter D.

Het had vannacht flink geregend, maar vanochtend was het best veel droog. We zijn naar een supermarkt gegaan, en na de koffie, toen het Sperrwerk weer gesloten was, zijn we verhuisd naar een plek ongeveer 100 meter dichter bij de Elbe. Een mooier plekje. Met ruimer uitzicht, onder andere op het Sperrwerk.

Gedurende de dag nam de wind flink toe. Wat zeg ik? Het waait als een malle. Met flinke regenbuien erbij. Maar daartussen is het droog (nu klink ik als Piet Paulusma....), en helemaal niet koud. Nog steeds lopen we in korte broek.

We hebben een rondje in de stad gelopen, hebben mooie panden en mooie deuren gezien, en bij de kerk leek het wel of de deur versierd was.

Er hingen vellen papier in rolletjes, en dat waren "Gute Worte für Schlechte Zeiten." Moedgevende verhaaltjes, psalmen en meer, voor als je het nodig hebt. Dan mag je er eentje pakken. Leuk idee!






Daarna zijn naar de buitenhaven gegaan om te zien wat daar allemaal aan boten lag. Pal in de wind. Het was bijna eb, we konden de droogvallende rand van de Elbe goed zien. We wilden nog een stuk langs de Elbe lopen, maar zagen dreigende donkere wolken aan komen en zijn gauw weer aan boord gegaan. Precies op tijd, want er kwam me toch een bui!



Tegen half zeven gaf het Sperrwerk weer groen licht. Hee, dat is een half uur vroeger dan aangegeven was. We zijn er even naar toe gelopen, en zagen dat er een paar andere boten aan de lange steiger lagen. Die wachtsteiger mag ook gebruikt worden als jachthavensteiger, door boten langer dan 30 voet (ongeveer 9 meter).

De boten die er vanmiddag nog lagen, zijn waarschijnlijk met opkomend water verder de Elbe opgegaan, richting Hamburg. Nu ligt er onder andere een Nederlands zeiljacht uit Medemblik. Het waait er behoorlijk, wij liggen een stuk behaaglijker vinden wij. Maar ja, wij hoeven/willen ook niet met LaagWater vertrekken. Dat gaat niet vanuit de binnenhaven in verband met dat Sperrwerk.

Wanneer we vertrekken, waarschijnlijk donderdag, zal dat met HoogWater zijn, omdat we dan de stroming weer mee hebben naar Cuxhaven. Ons plannetje om misschien met de boot naar Stade te gaan hebben we geschrapt. Zelfs ons plannetje om met de veerboot en fiets naar Stade te gaan gaat waarschijnlijk niet door: de komende dagen blijft het heel hard waaien en komen er veel flinke regenbuien. En ’t is 20 kilometer fietsen naar Stade. Ach, we zien wel, we vervelen ons vast niet.

Het elektrisch kacheltje hebben we nu aan. Ongelofelijk, want het was vandaag niet koud. Maar nu, door de wind en de regen, is het flink afgekoeld. En ach, het helpt ook om de was (vandaag in een emmer gewassen) te laten drogen. We schommelen af en toe door de wind, de regendruppels maken muziek op het dak, en binnen is het lekker warm en gezellig.

De Deense Koning Christian IV begon in 1617 met het bouwen van Glückstadt. Nou, hij zal zelf wel niet gebouwd hebben, maar het schijnt dat het plan dat hij maakte de volgende zin bevatte: “Dat schall glücken und dat mutt glücken, un dann schall se ok Gluckstadt heten”. Nu wordt alles vertaald richting Geluk, en warempel, wij voelen ons prima hier, ondanks de wind en de regen, en ook helemaal niet opgesloten achter het Sperrwerk.

zaterdag 14 augustus 2021

Aan de palen

 Woensdag zijn we vertrokken vanaf onze ankerplek en naar “De Palen” gegaan, een Liegestelle voor pleziervaartuigen vijftig kilometer verderop. Daar liggen we nu drie dagen. Ik vind het een superplekje: we liggen beschut tegen de soms flinke westenwind, grote en minder grote schepen varen langs en we kunnen met de rubberboot naar de wal. Okee, we schommelen soms flink, maar dat is niet zo erg.

Toen we woensdag een uurtje gevaren hadden, hebben we aangelegd aan een stalen kade, vlak bij een ijssalon, Imbiss en de Famila. Zo kon ik mooi even boodschappen doen. We hebben nog een filmpje opgenomen en die met de wifi van de ijssalon verstuurd (een filmpje van een minuut vraagt al 50 MB), en een paar uurtjes later hoorden we dat Marit al vijf keer het filmpje had bekeken en de telefoon kusjes terug gaf. Oh, die schat!

De weermannen vertelden ons dat we heel rustig aan konden doen op het NOK: er komt veel harde wind uit het westen, dus de Noordzee is nog niet aan ons toe. Of andersom....

We zijn volgens plan aan De Palen gaan liggen. Ze waren van hout, maar zijn nu van staal. Maar ja, degene die de opdracht kreeg om de houten palen te vervangen, heeft dat letterlijk gedaan en niet nagedacht. Dus de palen staan (weer) te dicht op elkaar, waardoor wij er niet van achter naar voor in kunnen varen, maar even van opzij moeten inparkeren. Dat lukte trouwens prima, maar dan moet je wel het geluk hebben dat één van de boxen aan de zijkant vrij is.

En schuren langs staal is minder leuk dan schuren langs hout, dus dat is bij het aanleggen voor sommige boten ook wel een dingetje.

Maar goed, wij lagen aan de kant van het kanaal, en hadden een prachtig uitzicht. Op werkelijk alle schepen. Helaas is bij het in-of uit-pakken van het fototoestel uit de tas een knop verdraaid naar een fout standje: de sluitertijd was helemaal in het warretje.

En aangezien ik een paar dagen blog-vrij had, en nu pas de foto’s bekijk, zijn er een heleboel foto’s mislukt. Foto’s van schepen voornamelijk: van hele verwaarloosde vrachtschepen, supergrote containerschepen, een supersjiek en megagrote motorboot, een groene met levensgroot “FC Groningen” erop, en een schip dat met behulp van slepers wel 16 wieken van windmolens richting Brunsbüttel bracht. Trouwens, we zagen ook twee schepen uit Urk die onderdelen voor de staander van windmolens richting Kiel bracht. Gelukkig had ik een keer de telefoon gepakt om Hidzer op de foto te zetten, en een keer omdat het fototoestel aan de lader lag. 

Goed te zien is dat we in een wat breder stuk van het NOK liggen, en dat er grote en supergrote schepen langskomen.



We hebben super weer gehad. De voorspelde buien gingen om ons heen, de harde wind ook. De bomen ruisen flink, maar wij liggen in de luwte. Gisteren wat veel bewolking, maar de andere dagen heerlijk zonnig en warm. Lekker om te lezen, te zwemmen, te poetsen (we hebben al het teak weer schoongeboend), te wandelen en te fietsen. 

De kuip zag er wat rommelig uit, met een puts die op de kop te drogen stond, een krukje met borstels (we hebben nog meer hoor, naast deze afwaskwasten en borstel: zelfs een grote pijpenrager die erg handig is voor nauwe ruimtes naast de wanten in het gangboord) en wat nog over is van ons tuintje: munt en peterselie, ze doen het prima.

Het aanleggen van andere schepen was soms echt “Spaβ am Abend”, zoals een buurvrouw vertelde. Het gaat soms wat onhandig, en omdat er geen steiger is kun je een ander niet goed helpen. Ja, afhouden, dat is het enige.

Maar oh, wat is het leuk om te zien hoe mensen met elkaar omgaan. Die hebben niet altijd Spaβ, dat is duidelijk. Bij één zeiljacht dachten we dat de moeder van het gezin doof was, want de vader kwam van zijn stuurwiel naar voren gelopen en gebaarde in stilte. Iets over kijken en gooien en naar hem kijken. Maar later bleek dat ze helemaal niet doof was, hij was blijkbaar erg kwaad.

Of de mevrouw die steeds naar voren praatte, en meneer achterop die steeds maar herhaalde dat ze richting hem moest praten in plaats van naar voren, omdat hij haar niet kon verstaan.

Ach, bij de meesten gaat het wel rustig en goed, dat scheelt een boel frustratie.

Vrijdag kwamen Bas en Ingrid langsvaren. Ze floten en zwaaiden, en via de app bleek dat ze naar Brunsbüttel zouden gaan, en morgenochtend in een “windgaatje” naar Wangeroog of Hooksiel. Nou, het wordt vast druk in dat gaatje, want we zagen meer Nederlanders langs gaan.

Wij hebben een ander plan: we gaan morgen naar Glückstadt. We hebben alle tijd immers, en zijn nog niet vanaf hier de Elbe opgeweest. Ja, in 2013 met de Amigo zijn we ten zuiden van Hamburg op de Elbe geweest, een stukje van het Elbe-Lübeck-Kanal naar het Elbe-Seitenkanal.

Een week wachten in Cuxhaven kan altijd natuurlijk, maar met de stroming mee naar Glückstadt leek ons leuker. We willen de omgeving daar ontdekken en later met de stroming weer naar Cuxhaven.

We hebben een eind gefietst. Langs het NOK, op betonnen fietspaden, naar het stadje Burg om boodschappen te doen voor de picknick, en via pontjes en kleine weggetjes aan de zuidkant van het kanaal weer terug.

Burg, ja, wat moet je daar van zeggen? Het stadje is zo ongeveer ontstaan tijdens het aanleggen van het NOK. We moesten wat moeite doen om een leuk straatje op de foto te krijgen, maar het is gelukt. Zelfs met bloemetjes langs de stoep, waar een beschilderd steentje lag.


De picknick hielden we op een bankje bij een Fähre, waar we ons weer verbaasden over de animo voor de pont. Okee, er gaan slechts een auto of acht op, samen met wat motorrijders, fietsers en voetgangers, maar hij vaart af en aan, zonder pauze. Er is een soort bushalte, ponthalte dus, waar je beschut kunt wachten, met een grote bel. Wij denken dat het voor ’s avonds is, maar dat staat er niet bij. Het ziet er wel leuk uit. En schoon, dat is voor ons Nederlanders bijzonder, een schoon bus/pont-hokje, maar hier heel gewoon.


Echt vrolijk werden we niet van de omgeving. We fietsten lekker, dat wel, want het was nergens druk op de weg. Maar de huizen zien er niet zo leuk uit. Het lijkt wel of je hier moet kiezen tussen twee stijlen: de onkruid-stijl, waarbij het onkruid tot je ramen groeit, of de Action-stijl, waarbij je alle prularia die je kunt kopen in je tuin en bij je voordeur zet.

Na de Kaffee mit Kuchen aan boord (in dit geval weer een stukje verse dadeltaart) hebben we vandaag voor de laatste keer hier aan de palen de aanlegperikelen van drie boten bekeken, want morgen willen we naar Glückstadt varen.