Vandaag werd een klus gedaan waar nog wel eens over gesproken zal worden. Conny had de drie houten masten van zijn twee zeilboten geschuurd en in de Woodskin gezet. Okee, dat laatste had wel iets beter gekund, maar hij had haast.
Begin januari wordt hij geopereerd aan staar en mag daarna wekenlang niet bukken en tillen. Dus het klussen moest per se af. Dan maar een dikkere laag met druipers, dan blijft er ook geen restje in het blik, heeft hij waarschijnlijk gedacht.
Vanmiddag moesten de masten weer op de boten. Met vier mannen sterk werd de klus geklaard. De eerste mast ging prima. Ze leken wel de vier dwergjes (zonder Sneeuwwitje) toen ze over de brug de steiger op liepen.
Maar bij de andere boot ging het met de voorste mast akelig mis: de lier waarmee gehesen werd kwam van zijn plek en de mast kletterde naar beneden. Robberts onderbeen kwam even klem te zitten tussen mast en roefdek, Rob dook gelukkig snel in de kuip naar beneden en ving daardoor niet het hele gewicht van de mast op schouder en hoofd, maar hij kreeg er wel een flinke tik van.
Hidzer vertrouwde de zaak (lees: hijsmateriaal) al niet helemaal en stond opzij van de mast. Gelukkig maar!
Na gedane arbeid werd er op geproost op het terras, in het zonnetje. Gelukkig hebben beide mannen er geen echt letsel aan overgehouden, maar ze voelden de beurse plekken wel!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten